Een computerprogramma bestaat uit een reeks instructies die een computer moet uitvoeren. Deze instructies kunnen worden geleverd met andere belangrijke gegevens die nodig zijn om die instructies uit te voeren. Daarom omvat het programmeerproces het definiëren van de instructies en de gegevens. Om gegevens voor uw computer te bedenken, moet u bekend zijn met de basisprincipes van computerprogrammering en de drie fundamentele elementen van de gegevens:
1. Instructies die moeten worden uitgevoerd.
2. Volgorde waarin de instructies moeten worden uitgevoerd.
3. Gegevens die nodig zijn om de instructies uit te voeren.
De eerste fase van computerprogrammering omvat in feite papieren processen. In deze fase hoeft u niet eens met een computer te werken, maar als u een tekstverwerker gebruikt waarmee u uw werk naar een schijfbestand kunt schrijven in plaats van naar een stuk papier. U moet dit doen zodat u duidelijk en specifieker kunt achterhalen wat u wilt dat uw computer doet voordat u de computer opdracht geeft om het uit te voeren.
Houd er rekening mee dat de computer de instructies precies zoals aangegeven zal volgen. Het kan niet zeggen wat je wilt; het kan eerder doen wat je wilt dat het doet. Dus voordat uw programma in de buurt komt van een computer, moet u verschillende stappen uitvoeren, waaronder:
– Het probleem definiëren
Voordat u de computer instrueert wat hij moet doen, moet u er eerst mee vertrouwd zijn. U moet de computer duidelijk vertellen wat hij moet bereiken of genereren als resultaat van alle activiteiten die hij zal uitvoeren.
– Identificatie van de oplossing
Als je al weet wat de computer als eindresultaat zal opleveren, moet je de informatie die je hebt goed bekijken en bepalen welke informatie je nodig hebt. U moet ook de logische procedures, vergelijkingen en andere methoden definiëren die u moet gebruiken, zodat u de onbewerkte invoergegevens kunt manipuleren tot het eindresultaat dat u wilt bereiken.
– De oplossing in kaart brengen
Deze fase in computerprogrammering moet in de juiste volgorde worden ingedeeld. Vergeet niet dat de volgorde waarin acties worden gebruikt net zo belangrijk is als de acties zelf. Bij het ordenen van de oplossing in de juiste volgorde houdt u rekening met keuzes.
Wanneer u klaar bent met het definiëren van het probleem en met het ontwerpen en in kaart brengen van de oplossing, is het volgende dat u hoeft te doen beginnen met het schrijven van de programmacode in een of meer computertalen. Maar voordat u verder gaat, moet u eerst beslissen over de mogelijke talen die u moet gebruiken, evenals over het specifieke computerplatform.
Gewoonlijk zijn computertalen geoptimaliseerd voor verschillende soorten taken. Het is daarom belangrijk om eerst de taal te selecteren die het beste bij de vereiste taak past. Het leren van de basisprincipes van computerprogrammering is inderdaad de eerste stap waarmee een wannabe-programmeur zich moet wapenen, vooral als hij een carrière in het genoemde veld wil nastreven.